Klagers hebben geen nood
Wie kent niet het verhaal van die man die bij de klaagmuur in Israël een goede kennis tegenkomt en vraagt: “ hoe gaat het met je? ” Het antwoord op die vraag luidt: “ goed, ik heb niets te klagen “. Op grond van dit, misschien wel fictieve verhaal, durf ik te stellen, dat klagers geen nood hebben. Veelal wil men door het verhaal, maak er maar wat van, iets aandikken om in gesprek te gaan. .
Klagen staat omschreven als << uiting geven aan ontevredenheid >>. Het klagen moet natuurlijk wel een gegronde reden hebben. Wiet van Broeckhaven een bekend radiopresentator uit België ( 1949-2019 ) schreef ooit: dat een klacht nooit mag zijn gebaseerd op een moment, zoals ooit een verkoper opmerkte: “u bent de eerste die bij ons komt, dat de parachute niet opengaat”. Belangrijk is het, dat een klacht een functie, maar ook een duidelijke basis kent.
De voormalig Nederlandse auteur August Willemsen ( 1936-2007 ) zag het klagen als een vorm om de tijd door te brengen. Bij die stelling kan ik mij wel iets voorstellen. Bepaalde locaties in onze maatschappij lenen zich er helaas voor om te kunnen klagen. Wat dacht u van kortstondige bijeenkomsten, zoals wachten bij school, wachten tijdens een sportevenement en ga zo maar door. Het zijn van die momenten, dat klagen bijna een must is geworden.
Het is onvoorstelbaar wat er tijdens dergelijke kortstondig evenement allemaal wordt geklaagd. Onderwerpen als politieke maatregelen, het weer, voetballen, dat zijn allemaal van die items, die de revue passeren. De vraag die bij mij opkomt, vanzelfsprekend past ik ook wel in het rijtje van tijdelijke klagers, maar waarom wordt er dan geklaagd? Zou het kunnen zijn, dat men het hinderlijk vindt om als in stilte gehulde personen dom bij elkaar te staan?
Zeg het maar. Ik heb in de loop der jaren wel gemerkt, dat als je met personen staat te klagen, dat de gesprekspartner vaak harder klaagt dan jezelf. Datzelfde geldt natuurlijk voor de persoon waarmee je staat te klagen. Die zal ongetwijfeld hetzelfde constateren bij u.
Klagen, of hoe je het ook gaat noemen, is een essentieel onderdeel van ons leven geworden. Denk ook dat het voor een groot percentage niet wordt gedekt door bewust willen, maar eerder door gewoon mee te willen doen. Zie het veelal als een antwoord op een vraag met de strekking van: “wat vind jij daar nu van”.
Het wordt ons als bewoners van deze aardkloot ook wel gemakkelijk gemaakt om ergens een mening over te hebben, die wordt verpakt in klagen. Het gaat ook niet allemaal zoals het zou moeten gaan. Veel beloftes, los van het poltieke circus op dat bekende plein in Den Haag, worden aangediend, maar de uitvoering ervan is vaak anders.
Ook op het terrein van de sport wordt geklaagd, denk daarbij maar aan het voetballen. De trainer of coach kan het nog zo goed bedoelen, wij outsiders, die denken insider te zijn, weten het allemaal beter. Soms denk ik, dat wij ons op (w)elk terrein dan ook te kort voelen gedaan. Over zaken waarin wij geen enkele verantwoording hebben, voelen wij dat zelf anders. Ons denkvermogen presenteert een andere methode, die volgens ons veel beter is. Als je nu een medestander, lees collega in het klagen hebt, dan heb je toch een goede reden om je klacht op het geheel kenbaar te maken. Het is mij nog steeds niet duidelijk waarom wij zo nodig kritiek hebben of willen klagen.
Het begint er steeds vaker op te lijken, dat wij, de mensheid in z’n totaliteit, steeds vaker ontevreden zijn over allerlei zaken. Mag je stellen, dat wij ons steeds vaker gedragen als kuddedier, want wat het klagen betreft staan wij zeker niet alleen.
Als je, in de ogen van velen, je eigen mening, klacht op kritiek niet laat horen, leef je in een wereld die over jou beslist en je krijgt voordat je het weet het etiket opgeplakt van onderdrukking. Zelf de studenten, je weet wel de intelligente wezens die alles beter denken te weten, proberen duidelijk hun kritiek niet onder stoelen of (college)banken te steken.
Het is natuurlijk ook niet goed, dat men niets van studenten verneemt. Geen demonstraties, dat is natuurlijk ook niet reëel. Wim Kan heeft ooit in een conference gezegd: “ik hoor zo weinig van de studenten. Zouden ze aan het studeren zijn?” Als je zo’n zin produceert, kun je wachten op kritiek. Misschien is die kritiek wel een klacht, dat je zoiets niet kunt en mag zeggen.
Dat bedoel ik nu. Zeg, doe, schrijf of blog maar iets en er wordt geklaagd, dat het anders kan. Wat leven wij toch voor een blogger in een prachtige wereld. Misschien moet je mijn blogteksten ook wel zien als een ludieke klacht. Klagers hebben geen nood.
2 thoughts on “Klagers hebben geen nood”
Met getalsmatig zoveel aandacht voor jouw “schrijfsels” heb jij niets te klagen, dus eigenlijk had deze blog niet eens geschreven hoeven te worden.
Leuke blogg klaas
Pak zo een koud biertje, hoop dat ie goed koud is, of klaag ik nu ook
Zit waarschijnlijk in ons bloed
Centraal Europa heeft nu recht op klagen, in het oosten idem dito
Gezien dat , hebben we geen recht om te klagen lijkt mij
Comments are closed.